Nieuwsbrief | ||
Aan alle belangstellenden | ||
Ginnenkeweg 251 | ||
4835 NB Breda | ||
Breda, 25 februari 2002 | Tel. 076 - 5649255 | |
Fax. 076 - 5655231 | ||
Mail: pro-vision@registeraccountants.nl |
De Stichting Carillon Breda werd opgericht in 1992. De Stichting stelt zich ten doel
de beiaard in de toren van de Grote of Onze Lieve Vrouwekerk te Breda in stand te
houden en de belangstelling te bevorderen. De Stichting doet dit door middel van
het organiseren en ondersteunen van beiaardactiviteiten zoals concerten en middels
het uitgeven van promotiemateriaal. Graag brengen wij u met deze nieuwsbrief op
de hoogte van onze activiteiten en de historie hierachter.
Overeenkomstig haar doelstelling ontplooide de Stichting Carillon Breda inmiddels
de volgende activiteiten:
1993 Uitbrengen van de CD beiaard Grote Toren op het label van Erasmus.
1994 Inrichten van een beiaardspektakel waarin de combinatie reizende beiaard
met synthesizer centraal stond.
1995 Publiceren van een brochure Beiaarden in Noord-Brabant met steun van
het Anjerfonds Noord-Brabant.
1996 Uitgeven van een Brabants Beiaardboek ter gelegenheid van de festiviteiten
rond Brabant 200. Wederom met steun van het Anjerfonds Noord-Brabant.
De hierin gepubliceerde beiaardcomposities stonden centraal in speciale beiaard-
concerten tijdens het Muziekfestival West-Brabant.
1997 Aanleggen van een audio/videokabel van de beiaard in de toren naar de Grote
Kerk. Door de aanwezigheid van deze kabel is het mogelijk de
beiaardconcerten in de kerk hoor- en zichtbaar te maken en kan de beiaard
gecombineerd worden met andere instrumenten.
Al deze activiteiten zijn te beschouwen als het voorspel op de belangrijkste activiteit:
de beiaard in de toren van de Grote Kerk voorzien van de ontbrekende 50ste klok
(de zogenaamde ‘Grote Bom’). In 1694 sloeg namelijk de bliksem in de torenspits,
waarbij in de daarop volgende grote brand de klok naar beneden is gestort en, na
circa 2 eeuwen trouwe dienst, verloren is gegaan.
Stichting Carillon Breda wil hier na ruim 3 eeuwen verandering in brengen door de
Grote Bom weer aan het carillon toe te voegen, waarna de beiaard weer volwaardig
haar klanken over Breda kan laten klinken en de aloude luidfunctie (in voor- en
tegenspoed) in Breda weer in ere wordt hersteld als ‘aanvulling’ op de huidige
moderne technieken.
De oude klok is in Breda bekend door zijn historische opschrift, dat in alle publicaties is terug te vinden:
Die tot Breda in vreucht wil leven,
Die moet de Vrouwen de overhand geven
Aan de andere zijde van deze klok stond de tekst:
Myn naam is Roelant,
Als ick luy aan eenen kant,
Dan is tot Breda allarm of brant,
Als ick ga aan beyde sijden,
Dan is Breda in groot verblyden
Bron: Thomas Ernst van Goor in zijn Beschryving der Stadt en Lande van Breda, (‘s Gravenhage, 1744), pagina 88.
De Bredase beiaard en haar historie
De huidige beiaard bestaat uit 49 klokken. Eigenlijk betreft het thans de vijfde beiaard in de Grote Toren.
De klokkengeschiedenis van Breda beloopt namelijk de volgende periodes:
1503 Aanvankelijk zijn slechts luidklokken aanwezig. Geleidelijk worden deze
tezamengevoegd tot een voorslag en één instrument.
1685/1694 De Antwerpse klokkengieter Melchior de Haze levert een nieuwe
beiaard. Het is dit instrument dat, met alle andere aanwezige klokken,
in 1694 door brand is verwoest. In hetzelfde jaar giet Passchier Melliaert
(Antwerpen) ter vervanging 7 (!) luidklokken. De grootste klok, thans
nog aanwezig als basisklok in de beiaard én uurslagklok, draagt de
naam van stadhouder- koning Willem III: Wilhelmus III D.G. Magnae
Brittaniae Rex Baro In Breda Fidei Defencor Anno MDGXC. Zijn naam
mocht ook wel genoemd worden, want hij heeft aanzienlijk bijgedragen
aan de restauratie.
De enige andere klok uit 1694 die thans nog over is (half uurslag,
tevens beiaardklok) noemt als schenkers de namen van Paulus Snellen
(oud-burgemeester en regent van het weeshuis), Cornelis Vingerhoets
(oud-schepen en kerkmeester), Cornelis Vereyck (oud-schepen) en
Gosuyn van Bernage (burgemeester).
1724 Op instigatie van de Bredase organist en orgelbouwer Jacobus Zeemans
wordt onder de burgerij een aktie georganiseerd welke leidt tot
de levering van een nieuw klokkenspel. Dit wordt geleverd door Willem
Witlockx (wederom van Antwerpen). Op de klokken zijn de namen van
de schenkers/ donateurs vermeld. Naast het volledige college van
burgemeester en schepenen staan ook de gilden van de
brandewijnstokers, broodmakers, wijnkopers en schippers vermeld.
In de huidige beiaard bevinden zich overigens nog steeds 2 klokken van Melliaert.
--------------------------------------------------Pagina - einde------------------------------------------
1929 Nadat in 1923 een nieuwe stadsbeiaardier is benoemd (Jacobus
Aloysius Maassen, grootvader van de huidige beiaardier en organist van
de St. Jozefkerk), wordt geleidelijk aan de behoefte kenbaar gemaakt
aan een klokkenspel van meer eigentijdse klankkleur. De burgerij
ondersteunt deze door Breda-Vooruit, de toenmalige VVV, geregisseerde
behoefte. Het resultaat is een nieuwe beiaard, in 1928/29 gegoten door
Gillett & Johnston te Londen (zie ook één van de gedenkstenen boven
het torendeurtje in de Torenstraat) Ter gelegenheid van de
ingebruikname wordt het Bredase volkslied geschreven. Ook op deze
nieuwe klokken melden inscripties de namen van de gulle gevers, soms
met een boodschap. Zo vermeldt N.V. Bierbrouwerij de Drie Hoefijzers,
v.h. Firma F. Smits v. Waesberghe op een klok “Van oost tot west, van
zuid tot noord worde deez' stemme steeds gehoord, verkondend wat
door menschenkracht en arbeid is tot stand gebracht”. De nieuwe
(vierde) beiaard bevat 6 oudere klokken : 2 van Melliaert en 4 van Witlockx.
De beiaard zal niet lang bestaan: in 1943 worden de klokken door de
bezetter gevorderd en naar de klokkenopslagplaats te Tilburg vervoerd.
Een aantal zal van daaruit naar Duitsland worden vervoerd. De elf
grootste Engelse klokken, én de zes oudste klokken overleven de oorlog.
Zij kunnen in de eerste na-oorlogse jaren worden beluisterd in het
Valkenberg, want op de KMA is een kleine klokkenstoel opgesteld waar
de nieuwe stadsbeiaardier Peter Maassen (na de dood van zijn vader in
1946 benoemd) wekelijks zijn bespelingen geeft.
1953 De torenrestauratie komt tot een eind en de beiaard kan weer in de
toren (zie de andere gedenksteen boven het torendeurtje in de
Torenstraat). Klokkengieterij Eijsbouts (Asten) levert 32 nieuwe klokken,
zodat de totale beiaard nu -inclusief de 2 van Melliaert, de 4 van
Witlockx en de 11 van Gillett & Johnston- uit 49 klokken bestaat. Eén te weinig dus…
Bron: Jacques Maassen, Klokken en Klokkenspelers te Breda, 1503-1724 , in Jaarboek
De Oranjeboom 1975, pp. 56 - 94.
De ontbrekende klok als kroon op de torenrestauratie
De Stichting Carillon Breda tracht de lokale beiaardcultuur op allerlei manieren te
bevorderen en onder de aandacht van een groter publiek te brengen. Voornaamste
doelstelling van dit moment is de aktie rond de ontbrekende grote klok in de toren:
de Grote Bom.
Het aanvankelijke plan was deze klok de sluitsteen te doen vormen van de recente
torenrestauratie. In overleg met de gemeente werd echter al in 1996 besloten te
mikken op het jubileumjaar 2002.
Toevoeging van deze klok kan de tekst weer terugbrengen waar de stad mede om
bekend is geworden. De spreuk leeft immers voort maar de klok waar het om gaat
ontbreekt al 300 jaar.
De klok zal kunnen functioneren als luidklok en/of als beiaardklok. Naar de
hedendaagse normen is de toevoeging aan het klokkenspel van een 50ste klok (een
g0 met een gewicht van circa 6000 kg.) muzikaal gezien een must; ook de beiaarden
van de St. Jan te ‘s-Hertogenbosch, de Heikerkse kerk te Tilburg of de Dordse Dom
bestaan uit 50 klokken.
Enkele Bredase verenigingen hebben in principe hun steun reeds toegezegd. Van de
kant van de Gemeente Breda ligt er de niet-harde toezegging elke geschonken
gulden te verdubbelen.
Meer concreet heeft Biermans Yzerhandel bij haar 100-jarig bestaan in 1998 met
een gulle sponsorbijdrage de tijden van 1724 en 1929 doen herleven en het
startschot gegeven voor aktieve participatie van bedrijven en burgerij aan de
beiaardakties.
De Stichting Carillon Breda hoopt dat goed voorbeeld goed doet volgen!
De restauratiearchitect van de Grote Kerk heeft enige bezwaren geuit tegen de 50e
klok. Daarop heeft Stichting Carillon Breda een gespecialiseerd Duits bedrijf
gevraagd om een onderzoek te verrichten.Uit het onderzoek blijkt dat de gewenste
grote luidklok wèl kan worden geplaatst. Dit rapport is naar B&W gestuurd alsmede
naar de restauratiecommissie van de Grote Kerk.
Inmiddels heeft B&W aangegeven een onafhankelijk onderzoek door TNO te zullen
instellen wanneer beide partijen de extra gegevens hebben geleverd. Stichting
Carillon Breda heeft daarop aan Klokkengieterij Eijsbouts gevraagd de van haar
verlangde bouwtekening te leveren.
Tot nu toe loopt alles dus nog eigenlijk volgens plan. Zeker ook omdat de inzet nog
steeds is een luidklok (een bewegende klok) te plaatsen. Ons compromis willen we
vooralsnog buiten beschouwing laten: een stilhangende klok waarmee via een
computergestuurd hamermechanisme een luidklok kan worden gesimuleerd,
zodanig dat de luisteraar geen verschil hoort. Uiteraard kan geen architect, tenzij
hij van kwade wil is, bezwaar hebben tegen een stilhangende klok: deze oefent namelijk
geen kracht uit op het gebouw.
In de tussentijd hebben we uiteraard wel het idee neergelegd bij de commissie die de
festiviteiten rondom het 750-jarig bestaan in 2002 moet vormgeven. Tot onze grote
vreugde heeft deze commissie ons plan als eerste op de lijst gezet. Een betere
promotie hadden wij ons niet kunnen wensen.
Inmiddels zijn er afspraken gemaakt met deze commissie om de plannen verder uit te werken.
Redactie:
Jacques Maassen (stadsbeiaardier)
John Potteboom (secretaris)